Doorgaan naar inhoud

Goed nieuws voor zeelui

Goed nieuws voor zeelui

Naar schatting zijn er wereldwijd anderhalf miljoen zeelui. Hoe slagen Jehovah’s Getuigen erin zo veel mogelijk zeelui te bereiken met de boodschap uit de Bijbel, aangezien die voortdurend onderweg zijn? Als een schip in een haven aanlegt, vragen speciaal daarvoor opgeleide Getuigen of ze aan boord mogen komen en bieden dan gratis Bijbelles en lectuur aan in de taal die de officieren en de bemanning spreken.

Wat is er met dit initiatief bereikt? Stefano, die evangeliseert in de haven van Vancouver (Canada), legt uit: ‘Sommige mensen denken dat zeelui ruwe mannen zijn. Hoewel dat bij sommigen het geval is, zijn de meeste zeelui nederige en leergierige mensen.’ Hij zegt verder: ‘De meesten geloven in God en willen graag zijn zegen. We worden dan ook vaak hartelijk ontvangen.’ Tussen september 2015 en augustus 2016 werden de Getuigen alleen al in Vancouver meer dan 1600 keer aan boord uitgenodigd! Er werden duizenden stuks lectuur in heel wat talen verspreid en meer dan 1100 personen begonnen met een Bijbelcursus.

Hoe kunnen zeelui een Bijbelcursus volgen?

Omdat de Getuigen in havens over de hele wereld aan het werk zijn, kunnen zeelui die graag verder willen praten over de Bijbel, een bezoek aanvragen in de volgende haven die ze aandoen. In mei 2016 bijvoorbeeld ontmoetten Getuigen in Vancouver Warlito, de hoofdkok van een vrachtschip. Ze lieten hem het filmpje De Bijbel onderzoeken — Waarom? zien en begonnen een Bijbelcursus met hem uit de brochure God heeft goed nieuws voor ons! Warlito genoot van het bezoek en wilde graag verder met de cursus, maar zijn schip zou naar Paranaguá gaan, een haven in het verre Brazilië.

Toen het schip ongeveer een maand later uiteindelijk aanmeerde in Paranaguá, stond Warlito stomverbaasd: twee Braziliaanse Getuigen liepen de loopplank op en vroegen naar hem bij zijn naam! Ze vertelden dat geloofsgenoten in Vancouver zijn verzoek om een bezoek hadden doorgegeven. Warlito was heel blij de Braziliaanse Getuigen te ontmoeten en bedankte ze voor de regelingen die waren getroffen om hem te komen bezoeken. Toen ze hem aanboden om in de volgende haven verder te gaan met de Bijbelcursus, ging hij daar graag op in.